Besluit compensatie schuldentrajecten

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022.]
Geraadpleegd op 26-04-2024.
Geldend van 02-06-2021 t/m 04-11-2022

Besluit compensatie schuldentrajecten

De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit regelt dat de Belastingdienst/Toeslagen een compensatie uit kan keren voor de schulden van ouders en hun partners die gedupeerd zijn door problemen rondom de kinderopvangtoeslag en in de wettelijke schuldsaneringsregeling terecht zijn gekomen of in een buitengerechtelijke schuldregeling zitten waarbij akkoord met de schuldeisers is bereikt (hierna: buitengerechtelijke schuldregeling).

1. Inleiding

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022]

Met de Kamerbrief van 20 april 2021 is aangekondigd zo snel mogelijk te willen voorzien in een oplossing voor door de toeslagenaffaire gedupeerde ouders die zich in de schuldsanering (Wsnp) of buitengerechtelijke schuldregeling bevinden.1 Deze ouders zijn geconfronteerd met het strakke regime van de Wsnp of de buitengerechtelijke schuldregeling en leven tegen het bestaansminimum. In deze brief is ook aan bewindvoerders, gedupeerden, hun partners en hun schuldeisers de garantie gegeven dat er een oplossing komt voor de schulden.2 Dit beleidsbesluit is de vertaling van deze politieke en bestuurlijke toezegging.

Dit besluit regelt in de eerste plaats dat de bewindvoerder voor gedupeerde ouders in de Wsnp op aanvraag een bedrag gelijk aan de vorderingen van schuldeisers van de gedupeerde ouder krijgt uitbetaald.

Voor gedupeerde ouders en hun partners in een buitengerechtelijke schuldregeling regelt dit besluit dat op aanvraag van de schulphulpverlener een bedrag wordt betaald gelijk aan de openstaande vorderingen waarop de schuldregeling ziet.

Hiermee kunnen de schulden van de ouders in de Wsnp en buitengerechtelijke schuldregelingen worden afgelost en kunnen zij met de compensatie die zij ontvangen op grond van de Catshuisregeling Kinderopvangtoeslag met een schone lei een nieuwe start maken.

2. Doelgroep

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022]

Voor compensatie komen in aanmerking:

  • a. degene die recht heeft op het forfaitaire bedrag van 30.000 euro of hier recht op zou hebben indien dit forfaitaire bedrag niet zou zijn verminderd tot nihil vanwege een eerder ontvangen bedrag op grond van een herstelregeling; en

  • b. de toeslagpartner, zijnde degene die op de datum van uitbetaling van de forfaitaire tegemoetkoming, of aanvulling tot deze forfaitaire tegemoetkoming als toeslagpartner in de zin van artikel 3 Awir zou kunnen worden aangemerkt. Indien er geen uitbetaling van de forfaitaire tegemoetkoming of aanvullende uitbetaling tot dit bedrag meer plaatsvindt, omdat eerder al een bedrag van € 30.000 of meer is uitbetaald, geldt als peildatum voor toeslagpartnerschap het moment van uitbetaling van dit eerdere bedrag.

Daarbij geldt dat de gedupeerde onder toepassing is van de Wsnp, dan wel dat een buitengerechtelijke schuldregeling van toepassing is.

Ook ouders die zich (opnieuw) in het wettelijke schuldentraject bevinden omdat dit is heropend door het ontvangen van het forfaitaire bedrag, komen voor deze compensatie in aanmerking.

2.1. Goedkeuring Wsnp

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022]

Vooruitlopend op wetgeving keur ik goed dat de Belastingdienst/Toeslagen op aanvraag van de bewindvoerder aan de boedel van de belanghebbende een bedrag kan uitkeren gelijk aan de vorderingen op de lijst van erkende schuldeisers, opgenomen in het proces-verbaal van de verificatievergadering, bedoeld in artikel 289 van de Faillissementswet (Fw), dan wel gelijk aan de boedelschuld en vorderingen van alle bij de bewindvoerder bekende schuldeisers.

Schulden die voortvloeien uit oplichting3 zijn uitgesloten van compensatie. 4

Bovenop dit bedrag wordt een vergoeding ter grootte van het salaris voor de bewindvoerder, vermeerderd met de door die bewindvoerder betaalde verschotten en kosten van publicaties en verminderd met eventueel aan hem verstrekte voorschotten of genoten vergoedingen, betaald.

Met dit bedrag kan de bewindvoerder overgaan tot uitdeling aan de erkende dan wel geverifieerde schuldeisers, zodat de rechtbank kan worden verzocht de saneringsregeling te beëindigen.

2.1.2. Procedure

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022]

De compensatie geldt alleen voor ouders en hun partners als bedoeld in onderdeel 2 van dit besluit.

De aanvraag tot compensatie wordt gedaan door de bewindvoerder die door de rechtbank is aangewezen op grond van artikel 287, derde lid, Fw.

De aanvraag bevat in ieder geval:

  • a. het bedrag van de vorderingen op de lijst van erkende schuldeisers, dan wel in voorkomend geval, het bedrag van de vorderingen van alle bij de bewindvoerder bekende schuldeisers;

  • b. een berekening van de vergoeding voor de bewindvoerder, berekend overeenkomstig het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering, waarbij wordt uitgegaan dat de schuldsaneringsmaatregel ten minste drie jaar heeft geduurd. Deze vergoeding wordt verhoogd met een bedrag van € 543 en de daarover verschuldigde omzetbelasting;

  • c. de afschriften van de boedelrekening.

De Belastingdienst/Toeslagen beslist binnen vier weken op de aanvraag. Dit gebeurt bij beschikking. Uiterlijk vier weken na dagtekening van de beschikking betaalt de Belastingdienst/Toeslagen het bij die beschikking vastgestelde bedrag aan de bewindvoerder. Genoemde termijnen zijn maximumtermijnen, uiteraard zal ernaar gestreefd worden de beschikking zo snel mogelijk te nemen en het bedrag zo spoedig mogelijk uit te betalen.

2.2. Goedkeuring buitengerechtelijke schuldregeling

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022]

Vooruitlopend op wetgeving keur ik goed dat de Belastingdienst/Toeslagen op aanvraag een bedrag gelijk aan de openstaande vorderingen, als onderdeel van een buitengerechtelijke schuldregeling, aan de persoon of instelling als bedoeld in artikel 48, eerste lid, b of c, van de Wet op het consumentenkrediet (Wck), kan uitkeren.

Niet saneerbare schulden worden niet gecompenseerd. Dit betreft bijvoorbeeld betaling van een geldsom aan een slachtoffer, of betaling aan de benadeelde partij van een geldbedrag en verplichting tot schadevergoeding opgelegd door de civiele rechter na een strafrechtelijke veroordeling.

Bovenop dit bedrag wordt een vergoeding voor het opzetten en uitvoeren van de schuldregelingen en eventueel financieel beheer betaald.

2.2.2. Procedure

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022]

De compensatie geldt alleen voor ouders en hun partners als bedoeld in onderdeel 2 van dit besluit.

De aanvraag moet worden gedaan door een persoon of instelling als bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel b of c, Wck. Bij de aanvraag dient de lijst met openstaande vorderingen, als onderdeel van een buitengerechtelijke schuldregeling, te worden overgelegd.

De aanvraag bevat in ieder geval:

  • a. het bedrag van de vorderingen binnen de buitengerechtelijke schuldregeling;

  • b. een berekening van de vergoeding voor de schuldbemiddelaar, gemaximeerd op de vergoeding voor de bewindvoerder bij de Wsnp als bedoeld in onderdeel 2.1.2, onder b van dit besluit.

De Belastingdienst/Toeslagen beslist binnen vier weken op de aanvraag. Dit gebeurt bij beschikking. Uiterlijk vier weken na dagtekening van de beschikking betaalt de Belastingdienst/Toeslagen het bij die beschikking vastgestelde bedrag aan een persoon of instelling als bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel b of c, Wck. Genoemde termijnen zijn maximumtermijnen, uiteraard zal ernaar gestreefd worden de beschikking zo snel mogelijk te nemen en het bedrag zo spoedig mogelijk uit te betalen.

3. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 02-02-2023 met terugwerkende kracht tot en met 05-11-2022]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 28 mei 2021

De Staatssecretaris van Financiën

namens deze,

D.A. Hak

Directeur-Generaal Toeslagen

  1. Kamerstukken II 2021/21, 31 066, nr. 812. ^ [1]
  2. Uitgezonderd zijn de schulden die het gevolg zijn van strafrechtelijke veroordelingen, fraudeveroordelingen en schulden die niet zijn toegelaten tot het Wsnp- of minnelijke schuldhulptraject. ^ [2]
  3. Artikel 326 van het Wetboek van Strafrecht. ^ [3]
  4. Schulden door geldboetes, ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, betaling van een geldsom aan een slachtoffer, betaling aan de benadeelde partij van een geldbedrag en verplichting tot schadevergoeding opgelegd door de civiele rechter na een strafrechtelijke veroordeling zijn reeds uitgesloten op grond van artikel 358, vierde lid, Fw. ^ [4]
Naar boven